Nieuwsbericht

De correctiefactor van Proef 66 nader uitgelegd

24 september 2025 | 2 minuten lezen

Bij de jaarlijkse Standaard RAW Bepalingen 2020 - wijziging september 2024 is een herziening doorgevoerd van proef 66: Bepalen van de verdichtingsgraad van asfalt. In de praktijk zien we dat na deze aanpassing regelmatig van de proef wordt afgeweken. Graag geven we hierover een nadere toelichting omdat CROW het niet wenselijk vindt dat er van een paritair besluit wordt afgeweken.

Bij de berekening van de verdichtingsgraad volgens proef 66 is bij de herziening van vorig jaar een correctiefactor toegevoegd. We zien dat opdrachtgevers deze aanpassing in het bestek vaak uitsluiten, uit vrees voor mindere kwaliteit. De CROW-werkgroep Asfaltverhardingen (WGA), waarin wijzigingen in Hoofdstuk 81 van de Standaard in paritair overleg tussen wegbeheerders en aannemers worden genomen, is echter weloverwogen en met goede reden tot deze herziening gekomen.

Waarom is de correctiefactor toegevoegd?

Bij asfaltdeklagen blijkt dat er vaak sprake is van afkeur vanwege een (te lage) verdichtingsgraad. Dit probleem is branchebreed en aannemeronafhankelijk. Het werk ziet er kwalitatief goed uit én ook na meerdere gebruiksjaren wordt nog geen schade geconstateerd. Bovendien wordt regelmatig geconstateerd dat het werk opnieuw maken niet tot een beter resultaat leidt. Het lijkt erop dat de bepaling van de streefdichtheid en de bepaling van de dichtheid van een proefstuk van dunne asfaltproefstukken bepalende factoren zijn in deze problematiek. Zo wordt bijvoorbeeld geconstateerd dat de dichtheid proefstuk afneemt als de hoogte van het proefstuk afneemt.

De problematiek is echter dermate complex dat de WGA gekozen heeft voor een pragmatische oplossing voor het probleem. Bij de aangepaste berekening van de verdichtingsgraad volgens proef 66 wordt een correctiefactor toegepast die afhankelijk is van het toegepaste asfaltmengsel en de in het bestek voorgeschreven laagdikte.

Het toepassen van de correctiefactor heeft geen invloed op het typeonderzoek van deklagen. Dit betekent dat de eigenschappen van het mengsel worden vastgesteld op proefstukken met de streefdichtheid, maar dat voor het bepalen van de verdichtingsgraad van deklagen een laagdikte-afhankelijke correctie plaatsvindt. Het is wel zaak om als WGA de werking van deze pragmatische oplossing over een aantal jaren te evalueren en na te gaan of de oplossing niet tot onterechte goedkeuring van slechte kwaliteit asfalt heeft geleid of tot onterechte afkeur van goede kwaliteit.

Geen definitieve oplossing

De WGA is zich ervan bewust dat dit een pragmatische keuze is, en geen definitieve oplossing van het probleem. Daarvoor is grootschalig onderzoek, een andere beproevingsmethode en wellicht aanpassing van wetgeving nodig. De werkgroep vond het niet wenselijk dit probleem nog jaren laten voortbestaan. Vandaar deze pragmatische keuze.

De werkgroep heeft over dit probleem een uitgebreid rapport opgesteld, met diverse analyses en relevante data. In de hoop een en ander te verduidelijken en eventuele zorgen weg te nemen, delen wij hierbij dit rapport.

Rapport WGA HR/VG-laagdikte problematiek voor dunne asfaltlagen

Meer informatie

Wil je meer weten over proef 66 en de correctiefactor, neem dan contact op met Tom de Water via tom.dewater@crow.nl.